Voetbalpiramide Zeister farao’s moet onbespreekbaar zijn voor amateurclubs
De KNVB blijft opzichtig en opdringerig streven naar een piramidaal systeem in het prof- en amateurvoetbal. De doorstroming van de amateurs naar de profs moet gerealiseerd worden, als het niet rechtsom kan dan maar linksom, zo heeft de voetbalbond zich voorgenomen. Nu is er weer het plan om de ruim veertig jaar geleden opgeheven Tweede Divisie opnieuw van stal te halen. De voetbalpiramide moet er in de tunnelvisie en grootheidswaan van de drammerige Zeister farao’s komen.
De amateurs? Die moeten dwars voor de Zeister plannen gaan liggen. Het amateurvoetbal hoeft toch niet de problemen van de profs op te lossen?! Iedereen ziet de magere toeschouwersaantallen bij veel wedstrijden in de Jupiler League. Lege stadions en een handjevol publiek bij wedstrijden die op vrijdag- of maandagavond, er is geen touw aan vast te knopen, worden gespeeld. Dan zijn er nog de beloftenteams van de BVO’s waar de KNVB ‘wat’ mee aan moet.
Amateurclubs, de één al wat meer geprofessionaliseerd dan de ander, zitten niet te wachten op strengere licentie-eisen, ongeregelde speelschema’s en onbetaalbare selecties. De nog maar enkele jaren geleden ingevoerde Topklasse voor het zaterdag- en zondagvoetbal is een geweldig podium voor de clubs gebleken. Zaterdagvoetbal is duidelijk het populairst. Niet voor niets zien we steeds vaker wedstrijden in de zondag Topklasse op zaterdag gespeeld worden. Wedstrijden op zaterdagmiddag in de Topklasse die veel publiek trekken, het lijkt de KNVB, kijkend naar de tanende belangstelling in de Jupiler League, een doorn in het oog. Ambitieuze amateurclubs streven er naar de Topklasse te halen. Logisch. Drukbezochte derby’s in de bollenstreek en in onze regio zijn wekelijkse hoogtepunten waar duizenden voetballiefhebbers naar uitkijken.
Sparta Nijkerk – Jong Twente, ik moet er toch niet aan denken. Daar komt geen hond op af. Sparta Nijkerk tegen IJsselmeervogels, Spakenburg, GVVV, Rijnsburgse Boys en HHC Hardenberg, op de vaste zaterdagmiddag, dat zijn de wedstrijden. De derby der derby’s in Bunschoten-Spakenburg, als absoluut (inter)nationaal uithangbord van succesvol amateurvoetbal, met telkens meer dan 8000 toeschouwers en een fantastische entourage, we hebben het over het summum van succesvol zaterdagmiddagvoetbal.
Als ik zie wat er allemaal bij komt kijken om als club op Topklasse-niveau te opereren, te functioneren en te presteren, dan moeten we niet anders willen. Wij zijn amateurs en wij willen dat, samen met onze aanhang, supporters en vrijwilligerskorps, blijven. De beste amateurs van Nederland bij elkaar in een competitie is niet alleen een succesformule met voldoende potentie voor jarenlang voetbalplezier, het heeft ook alles te maken met decennialange tradities. En tradities doorbreek je niet, die dien je te koesteren als een dierbaar kleinood, in ere te houden.
Moeten Topklassers dan soms jaloers zijn op clubs als Almere City of Achilles ’29? Dacht het niet. Wat een armoe, wat een verschraling van voetbalbeleving. Op zaterdagmiddag naar het voetbal, balletje gehakt of broodje kroket vooraf, vrienden en bekenden ontmoeten in de kantine, met de supportersbus mee naar uitwedstrijden, netwerken in de Businessclub, de derde helft met spelers aan de bar, supporters en sponsoren door elkaar, verloting, rad van fortuin, buffetje, gezellig als altijd. De Topklasse als prima TOP en eindpunt van de piramide van het amateurvoetbal.
Prima zo. De wens van bepaalde ‘profclubs’ om naar de Topklasse te kunnen degraderen lijkt zo langzamerhand, al dan niet door de financiële nood gedwongen, vele malen groter dan de wens van amateurs om naar de profs te gaan. Het is niet voor niets dat tot op heden alleen Achilles’29 die stap, lekker gemaakt met een forse financiële lokpremie vanuit Zeist en gek gemaakt door een overambitieuze voorzitter, heeft gezet. Achilles’29, een veelgeprezen amateurbolwerk, nu een ploeterende ploeg in de kelder van het betaalde voetbal. De echte amateurvoetballers, en dat zijn wij, moeten daar toch niet aan denken.
Daarom moeten amateurs de gesprekken met Zeist niet eens aangaan. Kappen ermee en wel direct. In Nederland bestaat nu eenmaal de scheiding tussen amateurvoetbal en profvoetbal. Dat willen we graag zo houden. Valt niet over te praten! De Topklasse en het streven van veel amateurclubs om daar ooit te voetballen is, ondanks de scepsis en kritische noten die bij de introductie werden gekraakt, een succes gebleken. Een formule vol spanning en thrillerachtige ontknopingen die zichzelf ieder seizoen meer en meer bewijst. Daar dient niet aan gemorreld te worden. Ook de hoofdklassen zijn met de komst van de Topklasse opgewaardeerd. De hoofdklasse is nu immers het voorportaal van het hoogst haalbare podium in het amateurvoetbal. Een niveau waar geen club zich voor hoeft te schamen, sterker, een niveau dat veel amateurclubs nastreven. Daarmee wordt de basis onder het amateurvoetbal almaar sterker en sterker. Dat gaan we toch niet weggooien enkel en alleen om de doorstroming van amateurs naar profs te bewerkstelligen. Niet doen dus. Liever, veel liever, een gezonde op tradities gebouwde amateurclub dan een profclub aan de bedelstaf……..
Harry Hamstra, TM
