Tranen
Ongeduldig schoof ‘ie wat op zijn stoel heen en weer. Hij zette zojuist alle ‘voors’ en ‘tegens’ van iedereen die hij had gesproken op een rij. Gék werd ‘ie er van, vooral van zichzelf. Want wat wilde hij nu precies? Aanzien? Geld? Mee blijven tellen in het wereldje? Weer eens iets anders?
Nee toch? Hij zit bij de mooiste club van het westelijk halfrond, daar wordt ‘ie op handen gedragen. Door zijn spelers, de supporters, de sponsors. Door iedereen eigenlijk. Ja, goed, de laatste weken hoorde hij wat gemor achter zich maar hij realiseerde zich ook dat, als zelfs Kees zichzelf op de stille modus zou zetten het dan pas écht me je gedaan is. Die vreemde stukjesschrijver van Kok fabriceerde wekelijks eigenlijk ook maar gewoon de grootste onzin. En die onkundige presentator in het Businesshome stelde de laatste tijd ook alleen maar onnozele vragen. Dat kon alles bij elkaar nooit de reden zijn dat ‘ie deze mooie club zou verlaten.
Maar wat zou dan wél de reden kunnen zijn? Spakenburg was toch ook een mooie club? En ach, af en toe een steen door je ruit als de prestaties uitblijven was toch ook niet het ergste? IJsselmeervogels dan? Ja, wat zou dat ‘m brengen? Degradatievoetbal speelde ‘ie hier ook, daarvoor hoef je dus niet speciaal naar de Rooien? Naar Ermelo dan, waar hem na wat gesprekken nog steeds niet duidelijk was geworden wat de ambities nu precies waren? Nee, streep er door, dat was het allemaal niet.
Trouwens, hoe moest hij het Angela vertellen? Die had het nu juist zo naar haar zin in Nijkerk. En zijn broer Henny? Die zou echt niet achter ‘m aan reizen naar een kouwe, kille club in de bollenstreek. En de rest van zijn fanclub die wekelijks naar De Ebbenhorst kwam om van Sparta in volle omvang te genieten? Daar zou ook niks van overblijven. Hij dacht zelfs dat die mensen wel gewoon gezellig in Nijkerk zouden blijven.
Geen bakkie koffie meer bij Gert, geen interessante gesprekken meer met de ondernemers die lid zijn van de BusinessClub, geen geouwehoer met Willem en andere ‘aspirant trainers’…..
En bovendien, áls hij al serieus een vertrek zou overwegen, hoe kan hij dan Arjen nog onder ogen komen. De TD die bij zijn komst een onvoorwaardelijk vertrouwen in hem had uitgesproken en hem nog altijd steunde. Goed, samen met hem en de rest van de TC moest hij wel gaan bespreken hoe het tij gekeerd zou gaan worden. Want dát dat zou gaan gebeuren stond voor hem als een paal boven water. Hij had namelijk een fantastische spelersgroep ter beschikking, bereidwillige mensen om zich heen die hem graag wilden helpen Sparta Nijkerk weer dáár te brengen waar het hoorde: aan de kop van de 3e divisie (en misschien nog wel meer). Sterker nog, hij moest zijn schouders er gewoon onder zetten, net zoals bij zijn vorige clubs een plan bedenken om deze negatieve flow te doorbreken, weer de succestrainer te worden die hij altijd geweest was. Begon hij nu werkelijk aan zichzelf te twijfelen? Was hij nu écht bang dat hij er niets meer van kon? Hou toch op man!
En juist op het moment dat zijn kop volledig omliep rammelde zijn brievenbus. Er plofte een dikke enveloppe op de mat. Nieuwsgierig scheurde hij ‘m open. En toen wist ‘ie het zeker: hij zat bij de meest sjieke, stijlvolle, vriendelijke en professionele club van Nederland. Daar moest hij niet (lees: nooit) weg willen! Zijn collega’s Peter en Patrick waren er na tegenvallende prestaties inmiddels al uitgekickt, Peter Jan wist nu al zeker dat hij niet bij zijn club zou blijven en Willem had na 4 wedstrijden zijn vertrek bij Eemdijk ook al aangekondigd. Vast niet omdat zij ook bij een club zaten waar het allemaal zo geweldig voor elkaar was. In het betaalde voetbal stonden er ook al meer dan genoeg ter discussie omdat de klassering te wensen over liet. En zijn club bood hem, zelfs nu hij met zijn ploeg in degradatienood verkeerde, gewoon contractverlenging aan! Zat hij nu met tranen in zijn ogen voor zich uit te staren? Werd hij er toch weer verdrietig van dat hij weer eens niet wist wat hij moest besluiten? Nee, dit waren tranen van ontroering, voor het vertrouwen en het respect wat (bijna) iedereen bij Sparta Nijkerk op deze wijze in hem uitsprak. En zachtjes fluisterde hij: “Sorry…sorry dat ik het in mijn kop heb gehaald om aan een vertrek te denken. Vertrekken bij een club waar het opportunisme nu eens niet de overhand heeft”. En voor hij het wist zette hij een hele duidelijke handtekening onder zijn nieuwe verbintenis.
Zo, en nu snel weer aan het werk, trainer!
Nico Fiegen
Nachtegaalsteeg 1
3862 WJ Nijkerk